BENK PROJECTS is sponsor van Excelsior’20, een voetbal- en cricketvereniging waar ik zelf lid van ben en waar ik vanaf mijn zesde gevoetbald heb en nog steeds voetbal in een zaterdagmiddag competitie. Ook heb ik gecricket, in eerste instantie kort in de jeugd en later in de senioren. Vanaf de jaren tachtig is Excelsior een steeds belangrijkere speler geworden in het cricket en is tot en met heden 12 keer landskampioen geweest. Ze trekken ook veruit het meeste publiek van de hele competitie waarbij het altijd gezellig is langs de lijn.
Waarom wij de club sponsoren? Tja, zoals het zo vaak gaat bij sponsoring draag ik de vereniging Excelsior ’20 een warm hart toe en hoop ik dat het uiteindelijk ook voor BENK PROJECTS naast een stukje naamsbekendheid, iets oplevert. Dit is tot nu toe redelijk bescheiden, aangezien het voor de meeste mensen een onbekende sport is.
In de cricketsport komen best wel veel spelers en coaches over uit o.a. Australië, Zuid-Afrika, Jamaica, West Indië, etc., en tot nu toe is er 1 keer iemand vanuit Zuid-Afrika via de sponsoring bij ons in dienst gekomen. Verder hoop je uiteraard dat de mensen op de vereniging aan BENK PROJECTS denken als ze horen en weten dat iemand met een technische achtergrond/opleiding op zoek is naar werk of beschikbaar komt van een project.
Als je cricket niet kent, cricket is een balsport waarbij runs (=punten) worden gescoord door heen en weer te lopen over de cricket pitch. Het is een teamsport waarin om de beurt het ene team eerst gooit (bowling) en het andere team slaat (batting). Afhankelijk van de soort wedstrijd speelt men tot een afgesproken aantal overs (1 over is 6 gebowlde ballen) of wickets (1 inning is 10 wickets uit). Als beide teams geslagen en gebowld hebben is het team met de meeste runs de winnaar. Het spel verloopt in slagbeurten (“innings”). In de meeste wedstrijden heeft elk team één slagbeurt. Elke slagbeurt duurt totdat 10 van de 11 slagmensen (“batsmen”) uit zijn, of het maximum aantal gebowlde ballen is bereikt. Zes correct gebowlde ballen is een over.
Het team dat eerst moet fielden en bowlen, stelt alle elf man op het veld. Een van hen is de wicketkeeper, hij is de enige van het bowlingteam die handschoenen en beenbeschermers draagt. Dit is omdat hij zich plaatst net achter de batsman die aan slag is (net als de catcher bij honkbal). Hij heeft een specialistenrol, omdat hij de gebowlde bal moet vangen indien die de slagman passeert of bij edges (waar de bal alleen een randje raakt van slaghout en zo toch doorvliegt). Hij is ook meestal de speler die verantwoordelijk is voor het stumpen. Een andere speler van het bowling team is de bowler. De bowler is de man die de bal gooit naar de slagman. De bowler gooit zes maal (correct) richting de slagman, deze serie van zes wordt een “over” genoemd. Na een over wisselt men van kant waar men gooit met een andere bowler. Nadat iemand anders gebowld heeft, kan men weer bowlen. Een team heeft dus meerdere bowlers nodig, ook heeft men verschillende types bowlers (snelle en spin bowlers). Een team heeft meestal vier tot vijf goede bowlers in huis, die elkaar afwisselen, afhankelijk van de tactiek, de tegenstander en de hardheid van de pitch. Een “over” kan soms meer dan zes ballen tellen. Dit is het geval wanneer de bowler een slechte bal gegooid heeft, namelijk een ‘no-ball’ of een ‘wide’. In beide gevallen krijgt de ploeg aan slag een extra run en moet de bal opnieuw gegooid worden. Dit is vergelijkbaar met een “wijd”-bal (een verkeerd gepitchte bal) bij honkbal.
De taak van de slagmannen is om zo veel mogelijk runs te scoren. Ze doen dit door de bal te slaan en naar elkaars wicket te lopen. Dan hebben ze één run, ze kunnen stoppen met lopen of opnieuw de oversteek wagen om twee of meer runs te scoren. Indien de bal zo geslagen wordt dat die over de grond het speelveld uitrolt, dan scoort de slagman 4 runs (een boundary four). Slaat hij de bal op een manier dat die uit het veld vliegt zonder de grond te raken dan worden 6 runs toegekend.
Een slagman mag zo lang slaan als hij wil zolang hij niet uit raakt (out), de overs niet op zijn of de wedstrijd al is gewonnen. Een batsman kan op verschillende manieren uit gaan:
01. gevangen (catch): een slagman is uit als de bal die hij wegslaat, voor die de grond raakt, gevangen wordt door een fielder;
02. uitgegooid (bowled): de bowler gooit de slagman uit door de bal tegen de wickets aan te gooien;
03. uitgelopen (run out): een speler die niet op tijd “in” is (over de witte lijn voor zijn wicket) op het moment dat het wicket waar hij naartoe loopt wordt omgegooid;
04. gestumped: een slagman die uit zijn crease stapt of staat om te slaan en de bal mist kan gestumped worden door de wicketkeeper als die de bal vangt en direct het wicket omgooit;
05. leg before wicket (LBW): een slagman is uit als de bal het wicket zou raken, maar in plaats van het wicket te raken, het been raakt (soms een ander deel van het lichaam) van de batsman;
06. twee maal slaan (hit the ball twice): een slagman mag niet twee maal slaan, hij mag wel zijn slaghout of voet gebruiken om de bal te stoppen om te voorkomen dat die het wicket zou raken;
07. wicket raken (hit wicket): een slagman die zijn wicket aanraakt en de bails laat vallen is uit. Deze regel is niet van toepassing indien dit gebeurt omdat hij wegspringt voor een bal die op zijn lichaam afkomt of om te voorkomen dat hij uitgelopen wordt;
08. te laat op het veld komen (timed out): een nieuwe slagman heeft drie minuten om op het veld te komen;
09. obstructie: wanneer een slagman opzettelijk een veldspeler hindert;
10. retired out: een slagman kan vrijwillig ervoor kiezen om te stoppen. De volgende slagman neemt dan zijn plaats over.
Cricket is voornamelijk populair in de landen van het Britse Gemenebest. Het is de op één na populairste sport ter wereld (enkel voetbal is populairder), voornamelijk door de vele fans op het Indisch subcontinent. In Nederland is het helaas een bescheiden en kleine sport.